Seeldraeyers: 'Nu heb ik mijn plaats gevonden'


Na drie dolende jaren is Kevin Seeldraeyers in de Ronde van Turkije weer boven water komen drijven. "Ik pak het nu wat rustiger aan", zegt de voormalige Belgische rondehoop. "De eindverantwoordelijkheid ligt bij de kopmannen. Ik doe mijn werk. Punt."

Kevin Seeldraeyers verbaasde de wielerwereld in de Giro van 2009, toen hij op zijn 22e 14e werd (na schrapping van enkele dopingzondaars 12e) en de jongerentrui won. Een grote toekomst in het rondewerk leek voor hem weggelegd, maar dat kwam er nooit uit.

Tot deze week, in de Ronde van Turkije. Seeldraeyers rijdt weer met de besten bergop en staat voorlopig tweede in de stand. In Gazet van Antwerpen blikt hij terug op de drie moeilijke jaren die hij achter de rug heeft.

"Pech en ziekte waren de rode draad. Als ik weer overeind krabbelde, maakte ik steeds dezelfde fout: ik trainde te hard. Ik ging aan mezelf twijfelen, belandde in een draaikolk van negatieve gevoelens en raakte er niet uit. Astana was mijn reddingsboei."

Voor die ploeg rijdt Seeldraeyers sinds vorig jaar. "Na vijf jaar Quick-Step was ik aan een andere omgeving toe en omdat ze bij Astana behoorlijk wat ervaring hebben met ronderenners koos ik voor hen."

Bij Quick-Step ging Seeldraeyers ook mentaal onderuit. "De verwachtingen waren niet realistisch. In de Tour van 2010 werd het echt te bar."

"Ik was ziek en reed meer achter dan in het peloton. Er waren dagen dat ik op mijn fiets zat te huilen, ook al omdat de kritiek ongenadig was."

"Die kwam vooral van (manager) Patrick Lefevere. In mijn gezicht was hij altijd vriendelijk, maar zodra ik mijn rug draaide, hing hij andere verhalen op. Die moest ik dan in de krant lezen."

"Aan stoppen heb ik nooit gedacht, maar meer dan eens telde ik de dagen af naar het einde van het seizoen."

Seeldraeyers, nu 26, geeft ook toe dat hij mentaal het kopmanschap niet aankon. "Ik heb geleerd van de fouten die ik destijds maakte. Ik zal mezelf niet meer met te veel druk opzadelen. Ik pak het wat rustiger aan", zegt hij in Gazet van Antwerpen.

"Als de ploeg mij vraagt om de finale te rijden, ben ik bang dat ik dat niet zal kunnen. Het zit nu wel snor met mijn vorm, maar dan kan het nog gebeuren dat het plots weer "draait" in mijn hoofd."

"Nu heb ik mijn plaats in het peloton gevonden. De eindverantwoordelijkheid ligt bij de kopmannen. Dat scheelt een pak qua stress. Ik doe mijn werk. Punt."


Misschien ook interessant: