'Of neusplakkers helpen? Ik voelde me daar toch goed bij'

De neusplakkers zijn weer in bij sporters. In de jaren 90 maakten ze een steile opmars in tal van sporten, maar gaandeweg raakten ze uit de mode. Toch zien we de plakkertjes de jongste tijd weer meer opduiken. Het Eén-consumentenprogramma Volt heeft onderzocht of ze wel nuttig zijn.

Philippe Gilbert won in de afgelopen Ronde van Italië twee etappes: ééntje met plakker en eentje zonder. Gilbert is, samen met Fabio Aru, één van de renners die we tegenwoordig af en toe met een plakker op de neus zien rondrijden.


Maar hebben die plakkers wel enig nut? Volt probeerde een antwoord op die vraag te zoeken en ging te rade bij ex-veldrijder Bart Wellens, ex-wielrenner Roger De Vlaeminck en belofterenner Ruben Vanderhaeghen.

"Ik heb dikwijls met neusplakkers gereden", zegt Wellens. "Ik geloofde daar ook echt in. Is het vooral mentaal? Dat weet ik niet, maar dat hoop ik nu wel te weten te komen."

"Ik gebruik de plakkers geregeld", zegt Ruben Vanderhaeghen. "Voor de start van een wedstrijd zetten de plakkers even mijn longen open."

"Ik geloof er niet in, omdat het niet helpt", zegt De Vlaeminck resoluut. "Als ze zo goed zouden zijn, zou iedereen er mee rijden en dat is niet het geval."

De test: presentator Kobe Ilsen en Bart Wellens leggen een maximale fietstest af mét neusplakkers, Roger De Vlaeminck en Ruben Vanderhaeghen rijden zonder. Twee dagen later waren de rollen omgekeerd: De Vlaeminck en Vanderhaeghe met plakkertje, Ilsen en Wellens zonder.

Het resultaat: de test van Wellens zonder plakker was beter dan die mét plakker. "Je neemt de zuurstof die je nodig hebt", zegt de onderzoeker van Energy Lab. "Wat je door je neus inademt is een fractie van wat je met je mond inademt. Hoe zwaarder de inspanning, hoe meer je via de mond inademt."

De conclusie van Wellens: "It's all in the mind, zoals ze zeggen. Ik denk dat dat wel belangrijk is voor een sporter, dat het goed zit tussen zijn twee oren." De conclusie van Vanderhaeghen: "Ik voel me goed met die plakkers en ze zullen me tijdens de wedstrijd misschien wel helpen om beter te focussen." De conclusie van De Vlaeminck: "Dat is belangrijk: dat ze er mentaal wel bij varen."


Misschien ook interessant: